Sardinië heeft een mediterraan klimaat, ideaal voor druiventeelt. De Supramonte is een bergachtig gebied van 35.000 ha met inbegrip van de brede kuststrook in het midden en westen van het eiland. De naam nuraghe komt voort uit de Nuragische cultuur tussen 1800 en 300 voor Christus. De enige overblijfselen van deze periode zijn de iconische ronde torens in de vorm van afgeknotte kegels.
De oenologische opleving van de afgelopen jaren en de algemene stijging van de kwaliteit van de wijnen in Sardinië, hebben bijgedragen tot het groeiende succes en de internationale erkenning. De meest aangeplante druivensoorten zijn vermentino en cannonau. De eerste eveneens terug te vinden in het Italiaanse Ligurië, het Franse Corsica en in de Provence (onder de naam rolle). Cannonau is de plaatselijke naam voor grenache.